Selecteer een pagina

Op 22 februari 2020 zijn in Jakarta (Indonesië) door de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht (IGK) namens de Minister van Defensie twee onderscheidingen uitgereikt aan de zoon van Rokus Visser: het Bronzen Kruis en het Oorlogsherinneringskruis.

Rodes Barendrecht (Rokus) Visser (13/05/1914 – 01/04/1977) meldde zich in 1942 vanuit de Prinses Irene Brigade als vrijwilliger bij No. 2 Dutch Troop van 10 Interallied Commando. Na met succes de commando-opleiding te hebben voltooid, heeft hij deel uitmakend van No. 2 Dutch Troop aan diverse operaties deelgenomen zoals o.a.: ingedeeld bij 101 Airborne Division aan “Market Garden” (luchtlandingen bij Eindhoven/Arnhem) en ingedeeld bij 47 (RM) Commando aan “Infatuate” (amfibische landingen op Walcheren). Voor zijn moedige optreden tijdens deze operaties is hem de dapperheidonderscheiding het Bronzen Kruis toegekend.

Na WO II is Visser geplaatst bij resp. de School Opleiding Parachutisten en het Regiment Speciale Troepen in Nederlands-Indië.

Na de soevereiniteitsoverdracht in 1949 bleef hij in Indonesië achter. Door het Indonesische leger werd hij in 1952 gevraagd om de Indonesische commandotroepen, het latere KOPASSUS, op te richten, waarvan hij tot 1956 de commandant was.

De onderscheidingen lagen in 1951 al klaar maar zijn nooit uitgereikt omdat Rokus Visser in Indonesië woonde. Met de uitreiking van deze onderscheidingen aan zijn zoon is dit nu rechtgezet.

Tekst: Harry Huisman